Waarin door Richard Heinberg wordt verteld waarom het onmogelijk is om gewoon door het bouwen van windmolens en zonnepanelen onze uitstoot van broeikasgassen omlaag te halen zonder een gelijktijdig aanzienlijk inkrimpen van industriële activiteit en energieverbruik, waarom dat ook niet betekent dat we die windmolens dan maar niét moeten bouwen, met als bonus een tien minuten durende TEDx talk door Heinberg over onze obsessie met groei en waarom die onhoudbaar is.
“We bevinden ons op een crisispunt. Er is een offer nodig. Alleen een heilige koe volstaat. Economische groei is de heiligste koe van onze samenleving. En raad eens? De koe is toch al ziek.”
Richard Heinberg
“Maar hier is het goede nieuws: het is niet het onttrekken van steeds meer grondstoffen en energie aan het milieu dat ons gelukkig maakt. Het is de kwaliteit van onze relaties, ons gevoel van continuïteit tussen verleden en toekomstige generaties, onze band met onze gemeenschap, met de mensen om ons heen. Dat is wat óns maakt, dat is wat het leven de moeite waard maakt. We kunnen meer van díe dingen hebben zonder de planeet waarop we leven aan te tasten.”
Richard Heinberg
Windmolens in de Noordzee voor de kust van Groot-Brittannië, juni 2018
Audio versie van deze blog post, voorgelezen door mezelf.
Beste vrienden,
In de vorige twee posts liet ik Nate Hagens en Richard Heinberg aan het woord, met beeld en tekst om te verduidelijken waarom de vernauwing van al de ecologische crisissen waar we ons in bevinden tot enkel een ‘klimaatcrisis’ een benadering is die héél veel buiten beschouwing laat.
Dat is natuurlijk een rode draad in deze blog en in de mijmeringen: de té enge blik waarmee we naar deze crisissen kijken, en de manier waarop die enge blik leidt tot foute conclusies en oplossingen die vooral meer problemen gaan veroorzaken.
De convergentie van crisissen in onze biosfeer is letterlijk het ziek zijn van een levend wezen waar wij deel van uitmaken, en dat ziek zijn heeft te maken met veel aspecten van het ongelofelijk complexe wezen dat onze biosfeer is: jazeker, óók de koolstof-kringloop, maar evenzeer of nog meer de waterkringloop, de eindeloze variatie van levensvormen op deze planeet en de problemen waarmee veel van die levensvormen zich geconfronteerd weten, de zesde grote uitstervingsgolf die al bezig is door ons toedoen, het wereldwijd teloorgaan van bossen, graslanden, ‘wetlands’, kelpwouden en zoveel andere natuurlijke ‘organen’ die het levende wezen van onze biosfeer in homeostase of evenwicht helpen houden...de lijst is héél lang.
En de vernauwing van deze complexe problematiek tot ‘enkel’ een kwestie van ‘klimaat’ of CO2 laat verschrikkelijk veel buiten beschouwing.
En binnen die vernauwde focus op de CO2 cyclus, gaan we de zaken dan nóg verder vereenvoudigen, en de complexiteit van die koolstofcyclus, die eigenlijk onlosmakelijk verbonden is met heel de watercyclus en het geheel aan relaties en interacties tussen levende organismen en ecosystemen in onze biosfeer, herleiden tot enkel een meetbare, eenvoudige lineaire vergelijking van input en output die we gaan ‘oplossen’ met louter technische middelen. Kwantificeren is de boodschap.
Dit is een visie waar ook een aanzienlijk deel van de ‘groene’ beweging en politieke partijen zich heeft achter geschaard, ook in de hoop om andere partijen mee over de streep te krijgen voor de Green New Deal en het idee van een voortzetting van ons huidige economische systeem met ‘groenere’ middelen. Iets wat echter niet mogelijk is, zoals duidelijk mocht zijn uit de presentatie van Nate Hagens.
Deze week deel ik een tweede, korte tekst van Richard Heinberg die oorspronkelijk gepubliceerd is op de site van Resilience, één van de ‘zendkanalen van Post Carbon Institute, de organisatie mede opgericht door Heinberg. Over deze beide instellingen, die allebei erg aanbevolen ‘resources’ en bronnen van informatie zijn, kun je wat meer lezen in de vorige blogpost, alsook over Richard Heinberg zélf.
In deze korte tekst geeft Heinberg een korte maar pertinente uiteenzetting over één van de redenen waarom we er maar niet in slagen om de wereldwijde uitstoot van CO2 omlaag te halen, ondanks de van jaar tot jaar toenemende toevoeging van ‘herbouwbare’ energie (waarom ‘hernieuwbare energie’ een foute benaming is hoor je in de uiteenzetting van Nate Hagens in ‘De Grote Vereenvoudiging’. Een kip is hernieuwbaar -als je ook een haan hebt tenminste- en een boom is hernieuwbaar, windmolens en zonnepanelen hernieuwen zichzelf niet maar moeten herbouwd worden).
Er zijn meerdere redenen waarom dat omlaag halen van de uitstoot niet lukt: bijvoorbeeld doordat al die ‘herbouwbare’ energie ten dienste staat van de productie van elektriciteit, en elektriciteit maakt maar zo’n twintig procent uit van het wereldwijde energieverbruik, een feit dat zelden vermeld wordt in de hele discussie daaromtrent. Nate Hagens vermeldde dat ook al in zijn keynote address, alsook de redenen waarom we niet moeten hopen die overige tachtig procent in de nabije toekomst te kunnen elektrificeren.
Een andere reden is de economische groei, die heilige koe van onze samenleving waarvan we graag geloven dat we die zo nodig hebben om ‘welvaart’ te kunnen creëren. De economische groei maakt dat we elk jaar méér energie nodig hebben, en de honger naar energie van dit ‘superorganisme’ maakt dat al de ‘herbouwbare’ energie die er jaarlijks bijkomt niet eens die energiehonger van de groei kan bijbenen. Zonet werd bekend dat China, dat wereldkampioen is inzake de constructie van windmolens en zonnepanelen, toch ook weer een heel aantal steenkoolcentrales moest openen, doordat de economische groei van vijf procent gekoppeld aan de toenemende vraag voor elektriciteit voor computing dat noodzakelijk maakte.
Maar er is nóg een reden die vaak over het hoofd wordt gezien: het bouwen van windmolens en zonnepanelen vraagt niet enkel veel grondstoffen en kostbare mineralen, maar ook veel energie - en dat is energie uit fossiele brandstoffen. Het maken van al het cement en metaal en kunststof voor al die duizenden windmolens, alsook het plaatsen ervan -vaak op moeilijke plaatsen zoals midden in zee- vraagt heel veel energie die niet kan geleverd worden door de ‘herbouwbare energie’ zelf.
Bijgevolg krijg je het paradoxaal gegeven dat, hoe meer windmolens we bouwen, des te meer fossiele brandstoffen we daarvoor moeten gebruiken. En aangezien we in de komende decennia ons gebruik van fossiele brandstoffen drastisch moeten afbouwen om een verdere ontsporing van het klimaat te voorkomen, kunnen we die energie uit fossiele brandstoffen niet investeren in de bouw van die (noodzakelijke) windmolens zonder tegelijk elders te gaan besparen op energie - en véél te besparen.
Het is één van de dingen die we veel helderder moeten inzien. Indien we betere keuzes willen gaan maken, moeten we beter gaan zien waar we staan en wat onze situatie echt is. Het waanidee dat we te maken hebben met een louter technisch probleem dat we gaan oplossen met louter technische middelen, moeten we finaal loslaten. En dat is géén doemdenken, maar intelligentie. Intelligentie wordt wel eens gedefineerd als het vermogen om problemen op te lossen. Maar daartoe is het essentieel om eerst het probleem juist waar te nemen en te definiëren. Anders gaan we alleen maar méér problemen veroorzaken.
En dat betekent niet dat er geen oplossingen zijn, alleen dat die oplossingen vaak elders te vinden zijn dan waar we nu zoeken, en dat we de bril waarmee we naar die problemen kijken moeten vervangen door een ándere bril.
Enkele van de gegevens hierboven aangehaald staren ons zó hard in het gezicht, dat het feit dat die toch niet echt opgemerkt worden erop wijst dat we collectief in ontkenning zitten, iets waar ik het ook over had in het essay ‘Never Mind The Cops’.
Dat elektriciteit maar 20 procent van het wereldwijde energieverbruik uitmaakt, en we toch denken de zaak te kunnen redden door ‘herbouwbare’ electriciteits-bronnen waarvan de bouw ook nog eens véél fossiele brandstoffen vraagt... het is de kwadratuur van de cirkel, en maar weinigen die dat opmerken. Zodus: de bril waardoorheen we kijken is héél erg aan vervanging toe. (Trouwens, dezelfde problemen zijn net zo duidelijk in het geval van kernenergie, die in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht allesbehalve 'koolstofneutraal' is).
Maar ik laat het woord verder aan Heinberg, die in de elegante en korte tekst dit alles heel duidelijk maakt.
Onder het korte essay van Heinberg vind je nog een video met een (evenzeer korte) lezing door Heinberg voor TEDx Sonoma in juni 2013, met als titel ‘The Story of More’.
En ook al dateert deze lezing dus van bijna 12 jaar geleden, is ze daarom niet minder actueel. Je zal enkele dingen horen die ook Nate Hagens al aanhaalde in ‘De Grote vereenvoudiging’. Maar zoals men zegt is herhaling de moeder van het onderwijs, en zullen we bepaalde dingen nog vaak moeten horen eer ze écht binnenkomen. Zeker als het over heilige koeien gaat, kunnen we hardleers zijn. En economische groei is, zoals Heinberg zegt, de heiligste koe van allemaal in onze huidige wereld.
Richard Heinberg
‘Waarom we het niet gewoon kunnen doen: De waarheid over ons falen om de koolstofuitstoot te beteugelen - Resilience’
Door Richard Heinberg
Oorspronkelijk verschenen in Resilience, 23 maart 2023
We weten allemaal wat er moet gebeuren inzake CO2 emissies: de uitstoot verminderen. Maar tot nu toe zijn wij, leden van de mensheid wereldwijd, niet in staat geweest om het tij te keren. Het laatste IPCC-rapport laat zien dat de koolstofuitstoot nog steeds toeneemt, ondanks alle beloften en inspanningen van de afgelopen decennia. Het rapport vertelt ons dat er slechts een smal (en snel krimpend) pad is om een klimaatramp af te wenden. Dat pad vereist dat we de uitstoot tegen 2030 met 50% verminderen en tegen 2050 een uitstoot van nul bereiken. Tot nu toe gaan we in de tegenovergestelde richting.
Waarom is dit zo moeilijk? Omdat het opoffering zou vereisen. Waarom zou het opoffering vereisen? Laten we de logica eens doorlopen:
Om de uitstoot te verminderen, moeten we de winning en verbranding van fossiele brandstoffen verminderen. Maar op dit moment komt 85 procent van onze energie van fossiele brandstoffen, en energie is wat de economie doet draaien en groeien.
Het vervangen van fossiele brandstoffen door energiebronnen met een lage uitstoot, zoals zonne- en windenergie, zou ons nog steeds energie geven, maar op dit moment is er fossiele energie nodig om zonnepanelen, windturbines, batterijen en alle andere elektrische infrastructuur te bouwen die we nodig zouden hebben om de op brandstof gebaseerde infrastructuur die we nu hebben te vervangen.
Hernieuwbare energiebronnen vereisen een energie-investering vooraf voor de bouw; ze betalen zichzelf energetisch terug over een periode van jaren. Daarom vereist een snelle overgang een hoger energieverbruik op de korte termijn. En, in ieder geval in het beginstadium, zal het grootste deel van die energie afkomstig moeten zijn van fossiele brandstoffen, omdat dat de energiebronnen zijn die we op dit moment hebben.
Nogmaals, de enige manier om de uitstoot op betrouwbare wijze te verminderen is door de winning en verbranding van fossiele brandstoffen direct en onmiddellijk terug te dringen. Zoals we de afgelopen decennia hebben gezien, is het te langzaam om te wachten tot hernieuwbare energiebronnen de fossiele brandstoffen vervangen. De wereldwijde uitstoot is vorig jaar toegenomen ondanks een recordgroei van bijna 10 procent in hernieuwbare energiebronnen.
Dus als er meer fossiele energie nodig zal zijn voor de energietransitie, maar we in totaal minder kolen, olie en gas mogen winnen, betekent dit dat er, in ieder geval de komende decennia, veel minder brandstof beschikbaar zal zijn voor niet-overgangsdoeleinden, d.w.z. voor transport, productie en voedselproductie, de pijlers van de economie.
Daarom kunnen we het niet zomaar doen. Daarom, wanneer regeringen op een beslissingsmoment komen, zoals het goed- of afkeuren van vergunningen om naar olie te boren in Alaska, valt de beslissing vaak in het voordeel van meer winning van fossiele energie uit.
(Tussen haakjes: de berichtgeving over Biden's recente goedkeuring van het Willow olieproject heeft waarschijnlijk veel te maken met de afnemende hoeveelheid olie die door de Alyeska pijpleiding stroomt die olie aan de westkust levert; als de hoeveelheid olie nog veel meer afneemt door de uitputting van oudere olievelden, kan de pijpleiding in de winter bevriezen en nutteloos worden, waardoor die blauwe staten een half miljoen vaten ruwe olie per dag mislopen, wat moeilijk te vervangen zou zijn).
Onze collectieve impasse in de aanpak van klimaatverandering is niet alleen de schuld van hebzuchtige oliebazen. Beleidsmakers willen elke beslissing vermijden die zou leiden tot economische tegenspoed. Dus kiezen ze voor business as usual, met als gevolg dat de weg naar het afwenden van klimaatdoem nog smaller wordt.
Tegelijkertijd raken onze voorraden fossiele brandstoffen verder uitgeput, waardoor we minder energie hebben om een energiesysteem op te bouwen ter vervanging van het huidige systeem dat afhankelijk is van kolen, olie en gas.
Het beste antwoord is een beheerste vermindering van de winning van fossiele brandstoffen in combinatie met een rantsoenering-systeem dat de afnemende voorraden fossiele brandstoffen bij voorkeur aanwendt voor energietransitie projecten, terwijl de resterende brandstofvoorraden alleen voor de meest essentiële doeleinden worden verdeeld onder de industrie en huishoudens. Er zouden ook programma's nodig zijn om de gevolgen van energieschaarste voor huishoudens en landen met lagere inkomens te compenseren.
Beleidsmakers vinden dit misschien ondenkbaar, omdat ze hun carrière hebben gebouwd op de aanname dat de economie altijd moet groeien en dat mensen altijd de mogelijkheid moet worden beloofd om meer te consumeren. Toch zal er niets gebeuren om de klimaathel af te wenden zolang de publieke discussie niet verandert in de richting van een beheerste energieafname en rantsoenering.
Dat is om twee redenen jammer. Ten eerste veroordeelt het de huidige en toekomstige generaties tot weers-extremen en al het lijden dat gepaard gaat met warmere en minder stabiele omstandigheden. Ten tweede sluit het de mogelijkheid uit van een energietransitie waarin ontberingen eerlijk worden verdeeld, samen met kansen om beter te leren leven met minder. En zulke kansen zouden er in overvloed kunnen zijn, als we er maar naar zouden zoeken.
We bevinden ons op een crisispunt. Er is een offer nodig. Alleen een heilige koe volstaat. Economische groei is de heiligste koe van onze samenleving. En raad eens? De koe is toch al ziek.
Richard Heinberg
Je kan dit artikel hier lezen op de website van Resilience
Bedankt voor het lezen en/ of luisteren, en tot de volgende aflevering,
Het ga jullie goed,
Filip
TEDx presentatie van 10 minuten door Richard Heinberg, over de onhoudbaarheid van het principe van economische groei.